terug
Er zijn binnen dit project een paar dingen waar ik mijn aandacht op ga leggen.
De vrijheid en speelsheid van het maken
De organisatie / planning
De band met opa en oma

De afgelopen tijd; de verplichte isolatie, de lockdown, de beperkingen in bewegingsvrijheid, de verminderde sociale contacten, de verminderde druk om mee te moeten gaan met de snelheid van het leven heeft mijn begrip van vrijheid doen veranderen. De verminderde druk heeft mij een nieuw gevoel van vrijheid doen laten ervaren.

Met het schrijven merk ik dat woorden en zinsopbouw beperkingen hebben.

''Is het denkbaar om op papier net zo flexibel te zijn als in het echte leven – ongegeneerd van gedachten te veranderen en onszelf daarvoor te vergeven? Het lijkt of we daar maar geen manier voor kunnen vinden. Schrijven is eerder zwemmen in een zee van hypocrisie, van moment tot moment. We weten dat we in een waan verkeren, maar vreemd genoeg hebben we die waan nodig, al is het maar tijdelijk, om zelfs maar onze vorm te kunnen creëren, de vorm waarin we alles gieten waaraan we in werkelijkheid geen vorm kunnen geven. Dat is allemaal beter verwoord in een parabel van Kierkegaard:
 
‘De hondenkennel naast het paleis’
 
Waarmee valt de relatie tussen een wijsgerig stelsel en het leven van de wijsgeer te vergelijken?
Een wijsgeer richt een reusachtig bouwwerk op, een wijsgerig stelsel waarmee het hele bestaan, de wereldgeschiedenis en dergelijke worden omvat – en als we zijn privéleven in overweging nemen, komen we tot onze verbazing tot het afschuwelijke en potsierlijke besef dat hij zelf niet woonachtig is in dat reusachtige paleis met zijn hoge gewelven, maar in een keet die daarnaast staat, of een hondenkennel, of hooguit in de portiersloge. Als we zo vrij zouden zijn hem daar zelfs maar met een enkel woord op te wijzen zou hij verontwaardigd zijn. Want het jaagt hem geen angst aan om in een waan te leven, zolang hij zijn stelsel maar rond kan krijgen... met gebruikmaking van die waan."


'Als je iets maakt, als je een ‘kunstenaar’ bent van welke snit ook, krijg je op een gegeven moment de vraag – of stel je die misschien wel aan jezelf – ‘waarom’ je acteert, beeldhouwt, schildert of wat dan ook. In de literaire wereld lijkt die vraag eeuwig nieuw. In elke generatie hebben net iets te veel mensen de aanvechting een essay te schrijven met de onvermijdelijke titel ‘Waarom ik schrijf’ of ‘Waarom schrijven?’, een titel waarachter allemaal redenen en verklaringen schuilgaan die om de hete brij heen draaien en waaruit in zekere zin eigendunk spreekt. [...] niet een durft de duiverste motivatie te noemen die ik ken, die ene die ik het sterkst ervaar en die uiteindelijk als het er echt op aan komt - zoals nu - voor veel mensen lijkt te gelden, namelijk: om iets te doen te hebben.

Het volk eist verandering. Het eist bijna nooit kunst. Het gevolg is dat kunst een twijfelachtige relatie onderhoudt met de noodzaak en met de tijd zelf. Kunst geeft de kunstenaar iets om te doen, maar wanneer dat wordt gedaan en of het uberhaupt wordt gedaan, is volgens de meeste mensen aan de kunstenaar zelf.
Arbeid is werken op uurbasis, kunst kost tijd en ze deelt die in zoals het haar goeddunkt. Ze is iets om te doen te hebben. Maar de crisis heeft dat gebruikelijke onderscheid tussen tijd voor kunst en werktijd veranderd.
Een van radicale politieke mogelijkheden van onze nieuwe onthullende zee aan 'vrije' tijd is - zoals velen opmerken - dat die zou kunnen leiden tot een collectieve eis; herwaardering en aanpassen van de manier waarop we, als samenleving, de rechten kunnen beschermen van degenen wier werk alleen in het huidige moment bestaat, zonder vangnet of zonder bescherming tegen een ongewisse toekomst, met ziekteverlof als meest voor de hand liggende ongewisse toekomst.

zijn er overeenkomsten tussen bejaarde pensioen en de zeeën van tijd die ik en vele andere nu ervaren?
Zijn er overeenkomsten tussen de klimaatcrisis en de coronacrisis. Toekomstvoorspellingen, vergezichten.
Wat betekent klimaatverandering voor het landschap van heusden. De wereld laten bestaan uit terpen. omgeven door water.
Om wat te doen te hebben
de intiemere persoonlijke relaties



Uittreksel van: Smith, Zadie. 'Overpeinzingen.' Proemtheus, 2020.


e vrijheid en speelsheid van het maken is iets waar ik de afgelopen maanden veel mee in mijn hoofd heb gezeten. De lockdown heeft mij een enorme vrijheid gegeven. Dit klinkt heel tegenstrijdig, maar ik kan mij niet herinneren dat ik ooit eerder zo veel rust heb ervaren. De rust geeft mij
waar heb ik zin in?
Ik heb zin om dingen te maken, een verhaal en een soort film set.
In mijn hoofd klinkt het leuk om bejaarde mee te laten werken er aan. De generatie die het 'voor ons en onze toekomst verpest heeft' te horen.
Het verhaal te mengen met opnames en mogelijk met fictie

Waar het verhaal over gaat? om iets te doen te hebben?

als de wereld vergaat in de toekomst wat is het nut nog?
hoe dichter bij de dood hoe meer alive

vloed, water, drijven, verdrinken
1953 mee gemaakt

poa baas van jonkefris, begrip van goed en kwaad veranderd




Melanie Bonajo
Dying in the sense of the moment, the self, the material world, the flesh
but also the philosophical ideals or maybe even feelings

we are now living in a world that is rapidly changing als to me its important to think about what we’re going to take along to the new phase and what not. and therefore, often w have to sacrifice something of ourselves which can be a form of a small death and this death can be pleasurable or painful.

and how i see it, it’s good to embrace both.

the closer i live with death the more alive i am


none-self or one-self or group-self or they-self. I mean, who we are is an illusion anyway.
So our whole way of seeing the world is hallucination.

its a projection of how we are conditioned, of our thoughts, of our feelings

so in that sense, our identity is fluid, its a construction, its a concept.

Everybody already has their own fantasy about what they are themselves.

mainly also by taking ourselves as humans not too seriously
and seeing where we project negativity on others because i am as much part of you as you are a part of me, and the space of intimacy i find relevant and important to address and to conceptualise in a different way

i believe the intimacy landscapes between humans but also between other living beings and people is eroding. Leading to isolation and and epidemic of loneliness. And somehow i hope these films dress a kind of playfulness with ourselves and our closest relatives, blood, of spiritual around us. And that we invest in that and that most things which are important to us as humans are actually for free.
terugmijn covabulaire voldoet voor het maken van notities en het bijhouden van een dagboek maar is volkomen onbruikbaar voor een werkzaam moreel leven.
- grace paley





Is het denkbaar om op papier net zo flexibel te zijn als in het echte leven - ongegeneerd van gedachten veranderen en onszelf daarvoor te vergeven? Het lijkt of we daar maar geen manier voor kunnen vinden.
Schrijven is eerder zwemmen in een zee van hypocrisie, van moment tot moment. We weten dat we in een waan verkeren, maar vreemd genoeg hebben we die waan nodig, al is het maar tijdelijk, om zelfs maar onze vorm te kunnen creëren, de vorm waarin we alles gieten waaraan we in werkelijkheid geen vorm kunnen geven.


Kierkegaard:
Een wijsgeer richt een reusachtig bouwwerk op, een wijsgerig stelsel waarmee het hele bestaan, de wereldgeschiedenis en dergelijke worden omvat- en als we zijn privéleven in overweging nemen, komen we tot onze verbazing tot het afschuwelijke en potsierlijke besef dat hij niet woonachtig is in dat reusachtige paleis met zijn hoge gewelven, maar in een keer die daarnaast staat, of een hondenkennel, of hooguit in een portiersloge. Als we zo vrij zouden zijn hem daar zelfs maar met een enkel woord op te wijzen zou hij verontwaardigd zijn. Want het jaagt hem geen angst aan om in een waan te leven, zolang hij zijn stelsel maar rond kan krijgen... met gebruikmaking van die waan.
Everything and Nothing


There was no one inside him, nothing but a trace of chill, a dream dreamt by no one else behind the face that looks like no other face (even in the bad paintings of the period) and the abundant, whimsical, impassioned words. He started out assuming that everyone was just like him; the puzzlement of a friend to whom he had confided a little of his emptiness revealed his error and left him with the lasting impression that the individual should not diverge from the species. At one time he thought he could find a cure for his ailment in books and accordingly learned the "small Latin and less Greek" to which a contemporary later referred. He next decided that what he was looking for might be found in the practice of one of humanity's more elemental rituals: he allowed Anne Hathaway to initiate him over the course of a long June afternoon. In his twenties he went to London. He had become instinctively adept at pretending to be somebody, so that no one would suspect he was in fact nobody. In London he discovered the profession for which he was destined, that of the actor who stands on a stage and pretends to be someone else in front of a group of people who pretend to take him for that other person. Theatrical work brought him rare happiness, possibly the first he had ever known–but when the last line had been applauded and the last corpse removed from the stage, the odious shadow of unreality fell over him again: he ceased being Ferrex or Tamburlaine and went back to being nobody. Hard pressed, he took to making up other heroes, other tragic tales. While his body fulfilled its bodily destiny in the taverns and brothels of London, the soul inside it belonged to Caesar who paid no heed to the oracle's warnings adn Juliet who hated skylarks and Macbeth in conversation, on the heath, with witches who were also the Fates. No one was as many men as this man: like the Egyptian Proteus, he used up the forms of all creatures. Every now and then he would tuck a confession into some hidden corner of his work, certain that no one would spot it. Richard states that he plays many roles in one, and Iago makes the odd claim: "I am not what I am." The fundamental identity of existing, dreaming, and acting inspired him to write famous lines.
For twenty years he kept up this controlled delirium. Then one morning he was overcome by the tedium and horror of being all those kings who died by the sword and all those thwarted lovers who came together and broke apart and melodiously suffered. That very day he decided to sell his troupe. Before the week was out he had returned to his hometown: there he reclaimed the trees and the river of his youth without tying them to the other selves that his muse had sung, decked out in mythological allusion and latinate words. He had to be somebody, and so he became a retired impresario who dabbled in money-lending, lawsuits, and petty usury. It was as this character that he wrote the rather dry last will and testament with which we are familiar, having purposefully expunged from it every trace of emotion and every literary flourish. When friends visited him from London, he went back to playing the role of poet for their benefit.
The story goes that shortly before or after his death, when he found himself in the presence of God, he said: "I who have been so many men in vain want to be one man only, myself." The voice of God answered him out of a whirlwind: "Neither am I what I am. I dreamed the world the way you dreamt your plays, dear Shakespeare. You are one of the shapes of my dreams: like me, you are everything and nothing."
poster foto zijl met bejaarde die drijven in een zwembad. Waar komt dit beeld vandaan? Wat verteld dit beeld
Stel ik zou het idee uitvoeren dat niet getoond kan worden. Hoe zou ik dat aanpakken? 

Ik wil dan een film maken, een verhaal vertellen. Wat er in dat verhaal naar voren komt? Of wat is het doel, de hoofdlijnen van het verhaal?

Mogelijkheden:

De perceptie van goed en fout die door de jaren heen verandert
Hoe dichter bij de dood hoe meer levendig
we gaan naar een nieuwe tijd, wat neem je mee?




Romeinen, Hollanders, Pruisen, Gelren, Fransen, Canadezen, Spanjaarden, Schotten, Duitsers, Belgen, Amerikanen: Ze hebben allemaal rondgelopen in Brabant, als vriend of als vijand. Door de eeuwen heen is het Brabantse grondgebied vaak strijdtoneel geweest. Van deze woelige tijden zijn talloze sporen bewaard gebleven. Bommen en granaten in archeologische verzamelingen, dagboeken van ingekwartierde soldaten in archieven, wapenuitrustingen en schilderijen in musea, Brabanders met Spaans of Frans bloed in hun aderen. En dan zijn er natuurlijk de vele relicen in het landschap; van fraai gerestaureerde vestingsteden tot dat ene vreemde beboste dijke met ide rare knik erin. Zichtbare en minder zichtbare herkenbare sporen van oorlog en vrede in collecties, in mensen en in het landschap.


Erbinnen was je aan plunderingen en brandschatiting van rontrekkende soldatenbendes overgeleverd. 80 jarige oorlog die geesten spleet en brabant splitste. Noord brabant als buffergebied.


noord brabantse waterlinie 1815-1874
het congres van wenen in 1815 bepaalde dat frankrijk nooit meer zo machtig mocht worden als voorheen. Het directe gevolg was de oprichting van het koningkrijk der nederlanden, waarbij voormalige Zuiderlijke Nederlanden moesten dienen als buffer tegen eventuele Franse expansie richting het noorden. Hiermee verschoof het zwaartepunt van de verdediging andermaal naar de grens van Frankrijk en het huidige belgie.
Lang zou deze situatie evenwel niet duren. In 1830 kwamen de Belgen in opstand. Korte mette maken met dat muitziek rot der Belgen, dacht koning Willem I. Hij stuurde zijn zoon kroonprins Willem met een flink leger naar het zuiden. De belgen konden de opmars van de Tiendaagse Veldtocht enkel sluiten met miitaire steun van de Fransen. De koning wilde echter niet verwikkeld raken in een niuew eoorlog met Frankrijk en besloot wapens neer te leggen. M......
het landschap heeft deze vorm gekregen door de noodzaak van die tijd. We zien nog steeds de restanten van die noodzaak.

De tijd staat niet vast maar de sporen worden achter gelaten. en herinneren ons aan wat was.

Ons bestaan bestaat uit het zoeken naar een evenwicht in hoe we met al deze mensen moeten samenleven.

Ondertussen vullen we de tijd.

De concepten voor werken zijn een verhaal dat ik wil vertellen. Maar door het niet in woorden te vertellen maar in daden en beelden probeer ik niet stellig te zijn in wat ik denk maar ruimte over te laten aan verschillende manieren van het lezen van het verhaal. Hoe het gelezen wordt is sowieso afhankelijk van andermans context waarin het gelezen wordt. Ik denk dat die context meer erkent wordt wanneer ik het verhaal dat ik wil vertellen in een context verteld wordt of context geeft.


Bejaarden die spelen in de speeltuin van het kasteel.

Waarom bejaarden? Opa helpt mij om 'het leven' in perspectief te plaatsen
Ik leef nu, nog maar 20 jaar. Bejaarden zijn de generatie die het langste in levende lijven kunnen na vertellen wat er is gebeurd. Hun keuzes hebben op de korte en lange termijn voor zichtbare gevolgen gezorgd.
Over een aantal jaren zal ik ook bejaard zijn. In de hele geschiedenis van de mens zijn die aantal jaren niks. Mijn individuele invloed is verwerpelijk.

Je kan een iemand aanspreken op de gevolgen die hij of zij gecreëerd hebben. Toch ben ik van mening dat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid is waar een iemands keuzes vandaan kunnen komen. Wat goed en fout is is relatief. Keuzes kunnen voor een individu een goede keus lijken voor zijn of haar eigen belang, wetende dat het voor het grotere belang een verkeerde keus is. Of wetende dat het alleen voor de korte termijn geluk brengt. Of wetende dat het voor de korte termijn negatieve gevolgen heeft, maar kunnen de keuzes een lange termijn visie vertegenwoordigen.
Om samen te kunnen leven als mensheid hebben we regels opgesteld om te voorkomen dat het een rotzooi wordt waarin ieder alleen hun eigen individuele belangen nastreeft. De regels zijn geschreven in de wet maar zijn ook ongeschreven regels die voortkomen uit cultuur.


Bejaarden maken het voorbijgaan van de tijd inzichtelijk en relatief
innovatie nodig om te behouden.


klok op pootjes gedwongen om mee te werken aan de verbeteren van verdedigingswerken
vanuit late middeleeuwen boeren verplicht Plaatselijke bevolking gedwongen om mee te werken aan verdedigingwerken, ten koste aan dagelijks leven en regionale economie

Floris Alkemade: Dat Brabantse land als minderwaardig werd gezien, kon overspoeld worden.
Noordelijke Nederlanden en Brabantse zandgronden. wie we zijn wat we zijn, identiteit gerelateerd aan die ondergrond.
Lijn die zich aftekent in de cultuur die Nederland kenmerkt.


In Heusden is alles gerestaureerd. Ravelijnen? 

Elke vestingstad probeert verleden opnieuw in leven te brengen. De plek van ontmoeting. Ze toekomst bestendig maken. plekken die ooit bekend stonden om innovatie en voorspoed, die creativiteit moet hier weer komen.
Brabant staat ver onder water. Verdroging is nu het probleem. Niet weg brengen maar vast houden. Ruimtelijke invloed, die kennis van destijds is de kennis die we nu kunnen toepassen voor klimaatverandering

Verrekijkers die er uit zien als de typische verrekijkers van toerisme.
Ze richten op bordjes die in de verte staan. Die bordjes vertellen een verhaal. Beeldend en poëtisch. Filosofisch en toekomstgericht.
Ze gaan niet direct over het landschap maar filosoferen over tijd, tijdelijkheid, overvloed.
Misschien kan ik mensen mee laten werken.

Bejaardenhuis afspraak maken.
ik zit te denken om op een aantal plekken verrekijkers neer te zetten, waar ik zon doos om heen bouw als van die toeristische verrekijkers. Ze staan dan vast op een plek gericht en waar het naar toe kijkt staat een bordje of een frame of iets van een setting dat een verhaal vertelt. En waar het verhaal over gaat is mij nog niet helemaal duidelijk. Maar de vorm van de verrekijkers en de bordjes als een soort ondertiteling kwamen in mij op door het gevoel dat heusden net een set is, het is helemaal nagebouwd om het verhaal van de geschiedenis te vertellen. En ik denk dat die verrekijkers dan een soort van naar de toekomst kijken representeert of iets dergelijks. Het landschap dient dan als set, of achtergrond
The climate change makes peaks and droughts alternate
quickly, but the Dutch hydrological system is only
designed for quick discharge to avoid flooding risk. Yet
the real problem seems to be surfacing now; drought is a
much more extensive and complicated problem to solve.
Problem statement
So, in the current hydrological system around Den Bosch
there is a mismatch between the water demand and supply,
because of:
- Seasonal peaks that intensify due to climate
change
Increase of severe droughts in the summer
- Intensive general agricultural land use
- The complicated hydrological system, serving the
user functions
- Dependence on a larger hydrological system
- Modern wishes for the landscape that do not
correspond with the area’s history
Scenario 1:
verspreid over de wallen zijn x aantal verrekijkers geplaatst. De verrekijkers zijn gefixeerd op punt in de verte. Wanneer er door de verrekijker heen gekeken wordt door de bezoeker zal die een tafereel zien.


Scenario 2:
Aangekomen bij mijn werk treft de bezoeker een verrekijker aan. De verrekijker heeft de uitstraling van een toeristische verrekijker. Er staat een bordje bij. Het bordje geeft een abstracte versie weer van het landschap en geeft de positie aan waar de bezoeker zich bevind. In de abstracte weergave van het landschap zijn markering aangegeven. De bezoeker kan met de verrekijker op zoek gaan naar de locaties van de markeringen. Wanneer er met de verrekijker op een van de plekken gericht wordt, zal er een tafereel te zien zijn.
De naam van de markeringen kunnen de kijker in een volgorde naar de beelden laten kijken, bijv. scene 1, tafereel 1, hoofdstuk 1.



Taferelen:
Een plexiglas bordje met een beeldverhouding van 16:9. Het bordje is geplaatst in het kijkkader van de verrekijker. Het plexiglas is doorzichtig, met daarop een tekst met de esthetiek van ondertiteling. Het bordje is een kijkkader, het landschap is het decor van een scene die gecreëerd wordt door de ondertiteling. 
De kans is groot dat het weer invloed heeft op de doorzichtigheid van het plexiglas. Dit kan mee spelen in de interpretatie van de tekst.
In het kijkkader van de verrekijker staan kleine figuratieve sculpturen opgesteld in het landschap. De figuratieve sculpturen maken gebruik van eigenschappen van het landschap. Door de plaatsing en door de vorm van de sculpturen wordt er een scene neergezet die als narratief geïnterpreteerd kan worden.

De taferelen kunnen los van elkaar geplaatst worden of gecombineerd.
terug